GK - Gonoshasthaya Kandra is met twee reddingsploegen ter plaatse |
(opinie-artikel verschenen in De Standaard, 25 april 2013)
Chaos overheerst |
Chaos alom. Veiligheidsdiensten kunnen de massa niet op afstand houden.
Vrijwilligers slaan zich onder luid
geschreeuw een doortocht naar de zoveelste ziekenwagen. Met meer dan duizend
zijn ze, de redders van het eerste uur. In een hitte van meer dan dertig
graden, tussen puin en stof, geholpen met een zaklamp, een stuk touw en met de
blote hand gaan ze de grote betonblokken te lijf: op zoek naar overlevenden. In
het gebouw worden ledematen geamputeerd om levens te redden. Onwezenlijk,
bovenmenselijk.
Met een stuk touw en blote hand |
In deze chaos, zie ik ook paniek of razernij omdat zovele onschuldige arbeidsters nog in het puin van het ingestorte gebouw liggen. Of onmacht omdat ze niet snel genoeg iedereen onder het puin kunnen halen. Of een mix van dat alles. Ook op mijn weg naar de plaats van de ramp, had ik het al opgemerkt. Op sommige plaatsen blokkeren met stokken gewapende jongeren de kruispunten. Elders zie ik groepen mensen richting Savar trekken, woest omdat opnieuw collega’s moesten sterven in onveilige werkomstandigheden. De brand in de Tazreenfabriek eind november ligt nog vers in het geheugen.
Ik deel de kwaadheid van de lokale mensen. Ik voel onmacht en opstandigheid. Worden hier
dan nooit lessen uit getrokken? Er zijn teveel gelijkenissen met gelijkaardige
rampen in 2005 (Spectrum), 2006 (Tejgaon), 2010 (Begunbari) en 2012 (Tazreen).
Gebouwen, niet eens zo oud, voldoen niet aan de bouwvoorschriften. Extra
verdiepingen zijn zonder vergunning toegevoegd, maar de basisconstructie kan
het gewicht niet dragen. En wat me nog het meest boos maakt is dat arbeidsters
gedwongen worden verder te werken in levensgevaarlijke omstandigheden. Dinsdag
werd het getroffen gebouw ’s middags ontruimd omwille van plotse scheuren en
gekraak. Experten moesten er bij gehaald worden: werknemers mochten naar huis.
Maar de volgende dag moesten ze terug aan het werk. Gedwongen, anders zouden ze
hun job verliezen. Met de schrik in het hart zijn vele honderden de dood in gejaagd.
hamer, pillamp, water ... gevraagd |
Ik ben verontwaardigd omdat deze tragedie kon voorkomen worden.
Maar als de arbeidsters hun stem verheffen en zich willen organiseren voor
veilig werk, worden ze ontslagen, of op een zwarte lijst gezet zodat ze elders ook
niet meer aan de bak komen. Opkomen voor je rechten, doe je in de kledingsector
niet ongestraft. Vakbondswerk is gevaarlijk: vorig jaar moest een vakbondsleider
het nog met zijn leven bekopen. Mensenlevens zijn van geen tel,. Het is alsof
slachtoffers er jammer genoeg bij horen, als zogenaamde collateral dammage van het economisch systeem. . Terecht maakt
vandaag een Bengaalse krant de analyse dat dit geen tragedie is, maar moord.
Wat hebben deze jonge mensen misdaan zodat ze hun job met hun leven moeten
bekopen? Velen onder hen zijn ongeschoold, soms ook ongeletterd vanuit het
platteland naar de stad gekomen, op zoek naar een inkomen om hun
levensstandaard te verhogen. Is daar iets mis mee? Op zoek naar een inkomen, vinden
ze de dood.
Op zoek naar verwanten |
Natuurlijk moeten bouwovertredingen hier beteugeld worden.
Natuurlijk mogen werkgevers hun werknemers niet louter beschouwen als
instrumenten om winst te maken. Natuurlijk moet vakbondswerk in de Bengaalse
kledingsector mogelijk worden.
Maar ook Westerse bedrijven hebben een verpletterende verantwoordelijkheid. De kledingmerken, die orders plaatsen en boetes opleggen als een order niet tijdig klaar is. Als consumenten kunnen we hen dwingen het “Bangladesh Fire and Building Safety Agreement” te ondertekenen. Door mee te doen aan acties van de Schone Kleren Campagne. Deze overeenkomst -ontwikkeld door Bengaalse en internationale vakbonden- omvat onafhankelijke fabrieksinspecties, verplichte verbeteringen aan de gebouwen en betere veiligheidsregels. Twee buitenlandse bedrijven hebben dit al ondertekend. Waar wachten de andere kledingbedrijven nog op? Hoeveel doden moeten er nog vallen?
Maar ook Westerse bedrijven hebben een verpletterende verantwoordelijkheid. De kledingmerken, die orders plaatsen en boetes opleggen als een order niet tijdig klaar is. Als consumenten kunnen we hen dwingen het “Bangladesh Fire and Building Safety Agreement” te ondertekenen. Door mee te doen aan acties van de Schone Kleren Campagne. Deze overeenkomst -ontwikkeld door Bengaalse en internationale vakbonden- omvat onafhankelijke fabrieksinspecties, verplichte verbeteringen aan de gebouwen en betere veiligheidsregels. Twee buitenlandse bedrijven hebben dit al ondertekend. Waar wachten de andere kledingbedrijven nog op? Hoeveel doden moeten er nog vallen?
Jef Van Hecken
Coördinator Zuid-Azië Wereldsolidariteit
Dhaka, 25 april 2013
Dag Jef,
BeantwoordenVerwijderenik heb je bij het vrt-journaal gehoord en jouw opiniestuk gelezen en kan alleen maar beamen wat Rage against the Machine al zong: 'anger is a gift'. Woede is een gave, een kunst. Maar je moet er iets mee. Meedelen, weergeven is één ding, maar dan? Hier en daar zal er wel een kledingmerk zijn dat zijn strategie aanpast, maar door de huidige crisis zullen velen geneigd zijn om toch de goedkopere kledingstukken te kiezen vrees ik. Maar dat mag jou niet beletten om te blijven schrijven, te blijven fulmineren op de wanpraktijken. Al is het maar één persoon die zijn koopgedrag aanpast, dan ben je op de goede weg, want die zijn kinderen zullen daar ook op letten enz. Het is een lange, heel lange weg,maar een duurzame! We blijven je volgen!
Tu amigo para siempre!